Participatiewet

Vanaf 1 januari 2015 is de Participatiewet van kracht geworden. Deze wet is erop gericht om mensen met een arbeidsbeperking waar nodig financieel te ondersteunen.

Verplichtingen Participatiewet

Op basis van de Participatiewet heeft de participant vanaf de dag van aanmelding bij het UWV recht op bijstand. Hij heeft dan de volgende verplichtingen:

– Naar vermogen algemeen geaccepteerde arbeid te aanvaarden en te behouden. Wat hieronder wordt verstaan verschilt per geval – gemeenten zijn in elk geval verplicht er zorg voor te dragen dat personen met een arbeidsbeperking ook daadwerkelijk meer kans krijgen op betaald werk zonder dat hen de uitkering wordt ontnomen;

– De participant is verplicht mee te werken aan een onderzoek betreffende arbeidsinschakeling. Daarnaast dient hij zich bereid te tonen mee te werken aan arbeidsbemiddeling;

– Van de participant kan verlangd worden onbeloonde werkzaamheden te verrichten (vrijwilligerswerk). Vereist hiervoor is dat dit werk niet concurreert met regulier (betaald) werk.

Evenredigheid verplichtingen en subsidiaire doelen

In sommige gevallen kan de participant zelf trachten om inkomen te genereren, bijvoorbeeld door het oprichten van een eigen onderneming. Dergelijke activiteiten mogen echter niet ten koste gaan van de verplichtingen uit hoofde van de Participatiewet. Dit is alleen anders als de participant vrijstelling heeft verkregen voor bepaalde onderdelen uit de Participatiewet.

Geen recht op bijstand conform de Participatiewet

De participant kan geen aanspraak maken op een uitkering uit hoofde van de Participatiewet indien deze een aanspraak kan maken op een andere sociale voorziening. Met andere woorden, indien een beroep op een uitkering ingevolge een andere sociaal zekerheidswet mogelijk is, dan is een beroep op een uitkering ingevolge de Participatiewet uitgesloten. Ook kan geen aanspraak worden gemaakt op een uitkering ingevolge de Participatiewet voor kosten die niet noodzakelijk zijn in het dagelijks levensonderhoud.

Passende arbeid

Onder de Participatiewet heeft het UWV richtlijnen ontwikkeld om te beoordelen in welke gevallen er sprake is van algemeen geaccepteerde arbeid die de participant verplicht is te accepteren om het recht op een uitkering te behouden.  Het UWV hanteert daarvoor richtlijnen.

De norm ‘algemeen geaccepteerde arbeid’ is een andere norm dan die uit de Werkeloosheidswet, waar wordt gesproken over ‘passende arbeid’. Er zijn echter wel overeenkomsten: in het algemeen geldt dat arbeid ingevolge de Participatiewet algemeen geaccepteerd wordt geacht zodra de participant het werk zowel wat betreft fysieke belasting als wat betreft vaardigheden aan kan. Daarnaast is ook de aard van het werk, de hoogte van het loon en de reisduur relevant.

Sollicitatieplicht

Vrijwel altijd bestaat er op basis van de Participatiewet en de enkele gemeentelijke verordeningen (die een nadere invulling geven aan de regels uit de Participatiewet) een sollicitatieplicht. Bij het niet voldoen aan deze sollicitatieplicht kan het college (van B&W van de gemeente) de uitkering verlagen. Onder omstandigheden kan deze verlaging ongedaan worden gemaakt met een beroep op art. 18 Participatiewet.

Afstemmingsplicht gemeente

De gemeente dient bij het verlenen van de bijstand en de daaraan verbonden verplichtingen rekening te houden met de omstandigheden, mogelijkheden en middelen van de participant. Ingeval de gemeente op goede gronden een uitkering verlaagt omdat de participant een verplichting uit de Participatiewet niet is nakomen, kan de participant aan de gemeente vragen het besluit te heroverwegen indien hij ‘voldoende verantwoordelijkheid betoont voor de voorziening in het bestaan’. De gemeente dient in dat geval binnen een termijn van maximaal drie maanden het besluit tot verlaging van de uitkering te heroverwegen. Tegen dat besluit kan vervolgens bezwaar en beroep worden aangetekend.

Advocaat Participatiewet

De Participatiewet is bedoeld om personen die werk kunnen verrichten, weer aan het werk te krijgen. Dit is lang niet altijd mogelijk. Om die reden kunnen besluiten tot weigering of intrekking van een uitkering krachtens de Participatiewet dan ook onterecht zijn. Onze advocaat sociaal zekerheidsrecht heeft jarenlange ervaring in de Participatiewet en voorziet u graag van nader advies. Onder omstandigheden kan u in aanmerking komen voor pro-deo rechtsbijstand; zulks indien een procedure noodzakelijk blijkt.

Waarom ons

Gratis kennismakingsgesprek

5000+ zaken behandeld

Flexibel én voordelig

Ook pro-deo

30+ jaar ervaring

Woensdag inloopspreekuur

mr. P.P.J.L (Peter) Appelman

Geboren in 1956 en vader van drie zonen. Oprichter van het kantoor en sinds 1985 advocaat te Alkmaar.

Mijn aandachtsgebieden als advocaat zijn arbeidsrecht, sociaal zekerheidsrecht en personen- en familierecht.

Mijn hobby is atletiek. Momenteel ben ik actief als looptrainer bij atletiekvereniging Trias in Heiloo. Ik loop jaarlijks nog de kwart marathon van Egmond. In mijn jongere jaren was ik een begenadigd middenafstandsloper met o.a. een Nederlands kampioenschap.

mr. J. (Johan) de Haan

Geboren in 1961, getrouwd en vader van drie kinderen. Advocaat te Alkmaar sinds 1994.

Ik voer een algemene praktijk met een nadruk op huurrecht, arbeidsrecht en incassozaken. Zowel voor particulieren en MKB. Ik hecht een groot belang aan een persoonlijke service (uw zaak is niet slechts een dossiernummer) en snel en doortastend handelen met een gedegen kennis van zaken.

In mijn vrije tijd sport ik graag. Met name roeien en skeeleren met de kinderen.

mr. F.R. (Franky) Menso

Geboren in 1965, samenwonend en vader van twee kinderen. Advocaat te Alkmaar sinds 1992.

Ik voer een algemene praktijk met een nadruk op personen- en familierecht, strafrecht, psychiatrisch patiëntenrecht (BOPZ) en arbeidsrecht. Zowel voor particulieren en MKB. Het gaat mij niet alleen om het dossier maar ook om de mens erachter.

In mijn vrije tijd doe ik aan hardlopen en muziek. Daarnaast ben ik een groot liefhebber van klassieke auto’s en films van voor 1980.