Lotsverbondenheid
Als echtgenoten door middel van een echtscheiding uit elkaar gaan, dan kan de rechter bij zijn beschikking of bij latere uitspraak partneralimentatie vaststellen. In de jurisprudentie heet dit ook wel ‘lotsverbondenheid’. De rechtbank bepaalt dan dat de meest draagkrachtige echtgenoot partneralimentatie moet betalen jegens de echtgenoot die niet voldoende inkomsten tot zijn levensonderhoud heeft.
In het verleden is vaak geprocedeerd over het afnemen of vervallen van de lotsverbondenheid en of dit invloed heeft op de partneralimentatie. De Hoge Raad heeft bepaald dat het recht op partneralimentatie ontstaat door lotsverbondenheid, maar dat het voortduren van het recht niet afhankelijk is van het voortduren ervan. Dat betekent dat een eenmaal vastgestelde partneralimentatie in principe niet definitief kan eindigen vóór de wettelijke termijn van 12 jaar, tenzij de echtgenoot voldoende in zijn eigen inkomsten kan voorzien.