Referteperiode

De referteperiode is de minimumduur van premiebetalingen in het sociaal zekerheidsrecht. Een werknemer dient een bepaalde periode premies te hebben betaald alvorens aanspraak kan worden gemaakt op een uitkering krachtens een regeling uit het sociaal zekerheidsrecht, waaronder de WW, de Wet WIA en de ZW. Het enkele feit dat een werknemer bijvoorbeeld is onderworpen aan premiebetaling, volstaat niet om het recht op werkloosheidsuitkering te doen gelden indien hij daarna werkloos is geworden.

Bij een uitkering krachten de WW is de referteperiode als volgt. De werknemer dient een aantal specifieke arbeidsdagen te hebben gewerkt. De werknemer bouwt dan tijdens de loondienst premie op en als de werknemer een bepaald aantal dagen heeft gewerkt, voldoet hij aan de referte-eis. Bij het vaststellen of voldaan is aan de referte-eis is dan van belang of de werknemer heeft voldaan aan de wekeneis. Voldoet hij daaraan, dan heeft hij recht op een WW-uitkering. Voldoet hij ook aan de jareneis, dan heeft de werknemer tenminste recht op drie maanden WW-uitkering met een maximale duur van 24 maanden, afhankelijk van het arbeidsverleden.