Aanprijzingen

Aanprijzingen kunnen een rol spelen bij de vraag of een overeenkomst vernietigbaar is op grond van dwaling.

Bijvoorbeeld omdat de koper, juist door die aanprijzingen, een verkeerd beeld heeft gekregen over het gekochte goed. De koper kan dan bewogen zijn om de overeenkomst te sluiten terwijl achteraf blijkt dat er sprake was misleidende mededelingen of omdat de verkoper bepaalde mededelingen heeft gedaan die niet waar bleken.

Er kan een geslaagd beroep worden gedaan op dwaling -en daarmee kan de overeenkomst ongedaan worden gemaakt- als de verkoper bij de totstandkoming van een overeenkomst onjuiste mededelingen heeft gedaan. Dit moeten dan wel evident onjuiste mededelingen zijn. Aanprijzingen kunnen op zichzelf weliswaar tot gevolg hebben dat er sprake is van een onjuiste mededeling, maar de rechtspraak heeft bepaald dat aanprijzingen in algemene bewoordingen niet voldoende zijn om te spreken van een 'onjuiste mededeling'. Zo worden producten in reclame-uitingen vaak aangeprezen als 'de mooiste', of 'de beste', ook al is dat feitelijk niet waar. Dergelijke aanprijzingen in algemene bewoordingen zijn in toelaatbaar.

Ook een eigen mening kan worden aangemerkt als aanprijzing. Een dwalingsactie - waarmee de overeenkomst ongedaan kan worden gemaakt - zal in dat geval niet snel slagen.

Wetsartikel 6:288 BW
Synoniemen