Als een partij meent dat een ander aansprakelijk is voor bepaalde schade, is de gangbare methode om die partij aansprakelijk te stellen en schadevergoeding te claimen. Wordt aansprakelijkheid betwist, dan zal de benadeelde de gang naar de rechter moeten maken. Vaak hebben partijen echter geen zin in een langslepende procedure of zijn zij niet zo zeker van hun (juridische) positie. In dat geval kan een vaststellingsovereenkomst uitkomst bieden. De benadeelde kan in de regel dan geen aanspraak maken op verdere schadevergoeding. Onze advocaat verbintenissenrecht legt uit.
Woonwagenstandplaats
De feiten: A is eigenaar van een woonwagen. Op 12 april sluit hij met de gemeente Eindhoven een vaststellingsovereenkomst met betrekking tot schade die zou zijn ontstaan aan zijn woonwagen ten gevolge van bouwwerkzaamheden van een aannemer. In de overeenkomst is onder meer de volgende zinsnede opgenomen:
2. De gemeente Eindhoven en [de uitvoerend aannemer] ontkennen iedere vorm van aansprakelijkheid voor deze schade, doch zijn van mening dat voldoende belangen aanwezig zijn te komen tot een oplossing voor betrokken partijen.
3. Gewezen wordt op de reeds met wederpartij aangegane overeenkomst inzake de verhuizing naar [straatnaam 2] .
Artikel 2 Vergoedingen door de gemeente
1. De vergoeding die de gemeente beschikbaar stelt ter compensatie van de schade bedraagt, gelet op het feit dat de schade meer bedraagt dan dagwaard, ten hoogste de dagwaarde, zijnde een bedrag ad €36.667,47 (zegge: zesendertigduizendzeshonderdzevenenzestig euro en zevenenveertig eurocenten).
Verhuizing
In de vaststellingsovereenkomst is verder bepaald dat de vergoeding alleen zal worden uitgekeerd als de benadeelde medewerking zou verlenen aan een verhuizing van de woonwagen naar een andere locatie. Deze verhuizing vindt plaats en de gemeente keert het overeengekomen bedrag uit. Tijdens die verhuizing blijkt echter schade op te treden aan de woonwagen. De benadeelde spreekt de gemeente opnieuw aan en vordert schadevergoeding op grond van wanprestatie van wel onrechtmatige daad.
Wanprestatie expeditieovereenkomst?
Allereerst wordt vastgesteld dat de onderliggende overeenkomst tot verhuizing van de woonwagen wordt gekwalificeerd als een expeditieovereenkomst in de zin van art. 8:60 BW. De gemeente heeft daarbij volledig conform haar verplichtingen uit hoofde van art. 8:63 BW gehandeld.
Nieuwe schade?
A stelt dat de schade zoals die is vastgesteld in de vaststellingsovereenkomst geen onderdeel uitmaakt van de schade die nadien is ontstaan door de verhuizing. Het hof overweegt in dit verband dat in de vaststellingsovereenkomst de verhuizing van de woonwagen onlosmakelijk verbonden is met het bedrag aan uitgekeerde schadevergoeding. Omdat de schadevergoeding bovendien gelijk is aan de dagwaarde van de woonwagen, oordeelt het hof dat de vordering van A dan ook logischerwijs moet afstuiten op het finale kwijting beding uit de vaststellingsovereenkomst.