Voorbeelduitspraken vernietiging erkenning
Op deze pagina worden actuele rechtbankuitspraken gepubliceerd op het gebied van vernietiging erkenning.
Uitspraak van het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden van 23 februari 2023
In een uitspraak van het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden d.d. 23 februari 2023 werd een verzoek tot vernietiging van de erkenning toegewezen. Verzoeker, het kind, was ten tijde van het verzoek 56 jaar. Het hof oordeelde dat in deze zaak niet moest worden vastgehouden aan de wettelijke termijn voor vernietiging van de erkenning, omdat dit een ontoelaatbare inmenging in het familie- en gezinsleven zou opleveren. De erkenning werd daarom vernietigd. Ook wordt het vaderschap van de biologische vader van het kind gerechtelijk vastgesteld. Lees hier de volledige uitspraak.
Uitspraak rechtbank Noord-Holland d.d. 10 januari 2023
Op 10 januari 2023 heeft de rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak betreffende de vernietiging van erkenning. Het verzoek tot vernietiging van de erkenning door verzoekster – het thans meerderjarige kind – was niet ingediend binnen de termijn van artikel 1:205, vierde lid, BW, omdat zij op de dag van het verzoek 29 jaar was. Desondanks werd verzoekster op grond van artikel 8 EVRM toch ontvankelijk geacht gelet op de omstandigheden van het geval.
De rechtbank oordeelde dat het vasthouden aan de termijn in dit geval een ongerechtvaardigde inmenging in het familie- en gezinsleven van verzoekster zou zijn. De erkenning is vernietigd en verzoekster kan nu erkend worden door haar biologische vader. De moeder stemde in met het verzoek. Lees hier de blogpost over de uitspraak alsmede een link naar de uitspraak zelf.
Uitspraak rechtbank Noord-Holland d.d. 9 november 2022
Op 9 november 2022 wees de rechtbank Noord-Holland een verzoek tot vernietiging van een erkenning toe. Het meerderjarige kind – ten tijde van het verzoek 20 jaar oud – had hierom zelfstandig verzocht, omdat de man die haar had erkend, niet haar biologische vader bleek te zijn. De rechtbank heeft het verzoek toegewezen omdat alle betrokken partijen ermee instemden en toewijzing in het belang van de dochter werd geacht. De zaak laat zien hoe de wetgeving in Nederland is ingericht om de rechten van het kind te beschermen en hoe belangrijk het is om een goede afweging te maken tussen de belangen van de betrokken partijen. Lees hier de blogpost over de uitspraak, alsmede een link naar de uitspraak zelf.