Door Edward Appelman op 28 december 2018 Leestijd: 3 minutes
Ouders met gezamenlijk gezag kunnen bij de rechtbank verzoeken dit te wijzigen. Daardoor kan de moeder of de vader met het eenhoofdig gezag worden bekleed. Deze wijziging kan een aantal gevolgen hebben, waarbij de voornaamste is dat de andere ouder niet langer meer verantwoordelijk is voor de zorg en opvoeding van het kind. Een wijziging van het gezag kan echter in veel gevallen in het belang van het kind zijn. Bijvoorbeeld als er sprake is van een slechte omgangsregeling of als de omgang tussen ouders anderszins voor spanningen zorgen. Wanneer een ouder een verzoek kan indienen om met het eenhoofdig gezag te worden bekleed, legt onze
advocaat personen- en familierecht uit aan de hand van een recente
uitspraak.
Verzoek om gezamenlijk gezag
In de zaak gaat het om een
hoger beroepsprocedure. De vrouw verzocht de rechtbank om met het
eenhoofdig gezag te worden bekleed en de rechtbank wees dit verzoek toe. De vader is het daar niet mee eens en stelt hoger beroep in. Kort samengevat gaat om een ex-echtpaar met twee kinderen en waarbij al langere tijd sprake is van een slechte verstandhouding tussen de ouders. De vader behandelt de moeder slecht en heeft haar meermalen bedreigt en vernederd. Ook heeft hij haar zwart gemaakt bij haar familie.
Belangen van kind staan voorop
Vast staat dat er een oplossing moet komen om de belangen van de kinderen te waarborgen. Het is echter niet altijd even eenvoudig om die oplossing te vinden. Ook in geval er sprake is van een slechts
omgangsregeling kan het kind namelijk belang hebben om contact te houden met de andere ouder. Als het gezag wordt beëindigd kan dat ertoe leiden dat het kind in zijn geheel geen contact meer met die ouder heeft. Vrijwel altijd wordt om die reden de Raad voor de Kinderbescherming om een advies gevraagd. Die stelt een gezinsonderzoek in en kijkt wat het beste is voor de kinderen.
Advies RvdK niet leidend
Het rapport van de RvdK is een belangrijke indicator voor de procedure, maar niet leidend. De rechter kan van het advies afwijken. Dat gebeurt incidenteel, bijvoorbeeld omdat de rechter van oordeel is dat het belang van de kinderen bij eenhoofdig gezag het beste gediend worden. Of dat het
gezamenlijk gezag juist weer wordt hersteld. Dat betekent automatisch dat een gezagsbeëindigende maatregel geen definitief karakter heeft. Maar in de regel heeft een beëindiging wel een definitief karakter. Het komt dan ook relatief weinig voor dat een eenmaal uitgesproken gezagsbeëindigende maatregel door de andere ouder weer wordt hersteld.
Begeleide omgangsregeling
In de hier te bespreken procedure waren de ouders getrouwd. Na de echtscheiding kwam volgens de vader de moeder de zorgregeling niet goed na. Door de Raad voor de Kinderbescherming werd een begeleide
omgangsregeling geadviseerd. De Raad is van oordeel dat dit in het belang van zowel de ouders als de kinderen is, mede omdat volgens de RvdK de ouders beiden onvoldoende inzien wat hun aandeel is in het geheel.
Gewijzigde omstandigheden
Het hof oordeelt dat het
gezamenlijk gezag alleen kan worden beëindigd als er sprake is van nadien gewijzigde omstandigheden. Een andere mogelijkheid is als de verstandhouding en omgang tussen beide ouders dusdanig slecht is, dat dit de ontwikkeling van de kinderen in gevaar brengt (klem of verloren). Bijvoorbeeld omdat de kinderen geforceerd worden loyaal te zijn naar één ouder of anderzijds de kinderen in hun identiteit en ontwikkeling worden aangetast.
Ontwikkeling in gedrag van de kinderen
Het hof oordeelt in deze procedure dat het eenhoofdig gezag van de moeder in stand moet worden gelaten. Dat komt mede omdat het gedrag van de kinderen is verbeterd sinds er geen contact meer is. Ook is het hof van oordeel dat de ouders niet op korte termijn in staat zullen zijn om in de (nabije) toekomst gezamenlijke beslissingen te nemen die voor de kinderen van belang zijn zonder hen te belasten. Er is nu rust is in het gezin en de kinderen hebben sinds het verbreken van het contact een grote verbetering in hun gedrag hebben laten zien. Om die reden laat het hof het eenhoofdig gezag van de moeder in stand.