Bij een overeenkomst dienen de schuldenaar en schuldeiser over en weer prestaties te verrichten. Voor de vraag of een partij de overeenkomst deugdelijk is nagekomen, is onder meer van belang of het gaat om een inspanningsverbintenis of een resultaatsverbintenis. Zo is een overeenkomst van aanneming in de regel een resultaatsverbintenis: immers, de aannemer dient volgens een vaste set instructies een bouwwerk op te leveren. Daarentegen is de overeenkomst tussen twee partijen, waarbij de ene partij zich verbindt om een schilderij te maken, een inspanningsverbintenis. Immers, vast staat dat de partij een schilderij zal opleveren, maar het resultaat van het schilderij is nog te onzeker.
Andere voorbeelden van resultaatsverplichtingen zijn koopcontracten, waarbij de ene partij een zaak levert en de andere partij een geldsom betaalt.