Advocaat Alkmaar

Voorwaarden voor erkenning kind ingeval van lesbisch ouderschap

Door Edward Appelman op 2 juli 2019 Leestijd: 3 minutes
Volgens de wet is de moeder van een kind altijd de juridisch ouder. Als het kind geboren wordt buiten een huwelijk of geregistreerd partnerschap, is de partner niet automatisch de juridisch ouder. De partner kan het kind wel erkennen. Daardoor ontstaan van rechtswege juridisch ouderschap. De moeder dient voor de erkenning wel toestemming te geven. Geeft zij dit niet, dan kan de partner bij de rechtbank een verzoek indienen tot vervangende toestemming. Aan de hand van een recente uitspraak bespreekt onze advocaat personen- en familierecht welke voorwaarden gelden als de erkenning plaatsvindt door de vrouwelijke partner van de moeder.

Verzoek tot vervangende toestemming erkenning

Een verzoek tot vervangende toestemming is mogelijk in twee situaties. De eerste situatie is dat de moeder geen toestemming tot erkenning geeft door de biologische vader. Daarnaast kan vervangende toestemming verleend worden t.a.v. de partner die niet de biologische ouder van het kind is. De niet-biologische ouder kan als partner dus ook het kind van de moeder erkennen. Daardoor worden zij beiden volgens de wet juridisch ouder.

Wet lesbisch ouderschap

Op 1 januari 2014 is de Wet lesbisch ouderschap in werking getreden. Daarmee heeft de wetgever het (onder meer) mogelijk gemaakt dat ook de vrouwelijke partner van de moeder het kind erkent. Daarnaast is de verplichte termijn van zorg en opvoeding van één jaar komen te vervallen ingeval van stiefouderadoptie. De vrouwelijke partner van de moeder kan aldus direct bij de geboorte van het kind overgaan tot een stiefouderadoptie. Dit brengt feitelijk dezelfde gevolgen met zich mee als erkenning, maar laatstgenoemde variant wordt niet overal in het buitenland geaccepteerd als grond voor het juridisch ouderschap. Het kan daardoor voorkomen dat de partner in het buitenland geen zeggenschap heeft over het kind.

Relatie moeder en partner

In de hier te bespreken procedure hadden de moeder en de vrouwelijke partner 10 jaar een relatie gehad. In het begin van de relatie bespraken zij hun beider kinderwens. Vooralsnog stelden zij dat uit. Op een bepaald moment in de relatie ging de biologische moeder vreemd. Op basis daarvan raakte zij zwanger. Ondanks dit voorval bleven de moeder en de partner bij elkaar, al was de relatie lange tijd gebrouilleerd.

Erkenning door vrouwelijke partner

Enkele jaren daarop werd de relatie desondanks toch verbroken. Omdat het kind inmiddels enkele jaren oud was, beschouwde hij de partner ook als moeder. De partner verzocht de moeder haar toestemming te verlenen om het kind te erkennen, maar de moeder weigerde dit. Daarop startte zij een procedure tot vervangende toestemming bij de rechtbank. Daar werd zij echter door de rechtbank – kort gezegd – niet-ontvankelijk verklaard omdat zij niet aan alle voorwaarden voor vervangende toestemming voldeed. In de wet is namelijk bepaald dat ‘een andere levensgezel’ van de moeder een verzoek kan indienen voor vervangende toestemming tot erkenning. Voorwaarde daarbij  is dat de partner heeft ingestemd met een daad van verwekking. In dit geval achtte het hof in hoger beroep niet voldaan aan laatste voorwaarde en sloot zich aan bij het oordeel van de rechtbank. De partner zou bij de moeder destijds namelijk hebben aangedrongen op een abortus. Ook uit het gegeven dat de moeder vreemd was gegaan, kon volgens het hof niet worden afgeleid dat de partner met de verwekking had ingestemd.

Hof: niet-ontvankelijk

Ondanks dat er sprake was van een hechte persoonlijke betrekking tussen de partner en het kind, werd het verzoek van de moeder aldus afgewezen. Daarbij speelde ook een rol of erkenning hoe dan ook in het belang van het kind zou zijn. De reden hiervoor was dat de moeder aangaf dat de verwekker mogelijk op termijn een rol van betekenis zou willen spelen in het leven van het kind. Naast het verzoek tot vervangende toestemming werd het verzoek tot gezamenlijk gezag door het hof tevens afgewezen. In deze procedure had de partner wellicht eerder kunnen opteren voor een stiefouderadoptie, omdat genoemde voorwaarden omtrent erkenning dan niet van toepassing zijn.
Neem contact op
Mobiele versie afsluiten