Als er een inbreuk op het
auteursrecht is gemaakt, kan de auteursrechthebbende schadevergoeding vorderen. Daarbij komen de volgende schadeposten voor vergoeding in aanmerking: gederfde winst wegens gederfde royaltyvergoeding, schade wegens gemist debiet, wegens prijsbederf en gemiste parallelafzet, schade ten gevolge van waardevermindering van het auteursrecht en immateriële schade. Onze advocaat intellectueel eigendomsrecht legt uit op welke varianten schadevergoeding een auteursrechthebbende aanspraak kan maken bij een inbreuk.
Hoogte en omvang schadevergoeding
De omvang van de
schadevergoeding wordt in beginsel berekend op basis van art. 6:95 en 6:96 BW. Vermogensschade omvat zowel geleden verlies als gederfde winst. In een gerechtelijke procedure begroot de rechter de schade op de wijze die het meest met de aard ervan in overeenstemming is. Indien de omvang van de schadevergoeding niet nauwkeurig kan worden vastgesteld, wordt zij geschat. Vaak blijkt het lastig om schade concreet te specifiëren. Een schatting is dan het meest op zijn plaats.
Schade wegens prijsbederf
Indien een inbreuk op het auteursrecht tot gevolg heeft dat bedrijven het product beneden de kostprijs gaan verkopen, is er sprake van schade wegens prijsbederf. Dit is alleen het geval indien dit het gevolg is van het feit dat een of meer bedrijven het auteursrechtelijk beschermde product onder de kostprijs verkopen.
Waardevermindering van het auteursrecht
Er is meestal sprake van een waardevermindering van het auteursrecht wanneer een object waarop het auteursrecht rust binnen beperkte oplages geëxploiteerd had moeten worden. Een voorbeeld hiervan zijn kunstwerken of foto’s. Maar ook overige objecten waarop auteursrecht rust kunnen in waarde verminderen, bijvoorbeeld industrieel vormgegeven producten die voor de verkoop zijn bestemd.
Gemist debiet
Onder gemist debiet wordt ook wel verstaan: gemiste afzet of verkoop. Dit komt voor vergoeding in aanmerking als de auteursrechthebbende het auteursrecht zelf exploiteert (bijvoorbeeld productie van foto’s of exploitatie van een door het auteursrecht beschermd materiaal) kan een inbreuk zijn auteursrecht meebrengen dat hij minder afzet heeft genoten. De rechter begroot de schade op deze basis aan de hand van de geschatte inbreukmakende afzet. Dit wordt vervolgens vermenigvuldigd met het winstmargepercentage van de benadeelde.
Gederfde winst
Gederfde winst komt alleen voor vergoeding in aanmerking als de auteursrechthebbende een licentie zou verlenen, althans pleegt te verlenen voor het gebruik van zijn auteursrecht. In sommige gerechtelijke procedures wordt schade ten gevolge van gederfde winst ook wel aangenomen indien de benadeelde stelt dat hij een auteursrechtlicentie zou hebben verleend indien hem daarom zou zijn gevraagd. Als aannemelijk is dat de auteursrechthebbende geen licentie zou hebben verleend, kan aanspraak worden gemaakt op een forfaitaire vergoeding. In dit geval wordt een objectief geldbedrag vastgesteld als alternatief voor de concreet geleden schade. Aanspraak op een forfaitaire vergoeding is niet in alle gevallen mogelijk. De omvang van de forfaitaire vergoeding wordt berekend aan de hand van een aantal aanknopingspunten, waarbij de individuele omstandigheden van de benadeelde geen rol spelen.
Gederfde winst in de vorm van gederfde licentie-inkomsten wordt in beginsel afgestemd op de gebruikelijke tarieven van de benadeelde.
Immateriële schade
Een benadeelde van een auteursrechtinbreuk kan immateriële schadevergoeding vorderen. Deze vergoeding moet beogen om de benadeelde een integraal herstel van de door hem werkelijk geleden schade te waarborgen. Daaronder wordt ook verstaan eventuele morele schade. Deze schadevergoeding komt in dat geval bovenop de materieel geleden schade.