Een partij die een vonnis heeft verkregen van de rechter, kan dit vonnis onder voorwaarden executeren (ten uitvoer leggen). De partij jegens wie de executie van het vonnis wordt verzocht, heeft in dat geval de mogelijkheid om tenuitvoerlegging van het vonnis te voorkomen in kort geding. Dat kan door middel van een schorsingsverzoek: vereist is wel dat degene jegens wie om executie van het vonnis wordt verzocht, een spoedeisend belang heeft.
Een verzoek tot schorsing van de executie kan alleen in twee gevallen: ofwel het te executeren vonnis berust klaarblijkelijk op een juridische of feitelijke misslag, of er is bij degene jegens wie om executie van het vonnis wordt verzocht een noodtoestand ontstaan waardoor executie van het vonnis onaanvaardbaar zou zijn.