Door Edward Appelman op 11 april 2019 Leestijd: 4 minutes
Ouders die zijn gehuwd of een hebben, oefenen van rechtswege het over de kinderen uit. Als er geen sprake is van een huwelijk of geregistreerd partnerschap of als ouders een hebben, kunnen zij enkel het gezamenlijk gezag over een kind uitoefenen als dit bij de rechtbank is aangevraagd. In dit artikel wordt ingegaan op de vraag in welk van die situaties de ouders een ouderschapsplan dienen op te stellen, wat er in een ouderschapsplan dient te staan en hoe ouders het ouderschapsplan kunnen wijzigen.
Ouderschapsplan verplicht bij gezamenlijk gezag
Ouders zijn verplicht een ouderschapsplan op te stellen als zij getrouwd zijn of een geregistreerd partnerschap hebben. Is daar geen sprake van, dan dienen ouders enkel een ouderschapsplan op te stellen als zij het gezamenlijk gezag over het kind hebben en de relatie wordt beëindigd. Hierna wordt ingegaan op de vraag onder welke voorwaarden het gezamenlijk gezag kan worden aangevraagd. Aansluitend wordt ingegaan op de vraag wat er in een ouderschapsplan dient te staan en hoe een ouderschapsplan kan worden gewijzigd.
Gezamenlijk gezag kan alleen worden aangevraagd als de ouders voldoen aan de volgende voorwaarden:
1) Als het kind wordt geboren buiten een huwelijk of geregistreerd partnerschap, dient de vader het kind eerst te erkennen. Dat gebeurt via het gemeentehuis. De moeder moet voor de erkenning toestemming verlenen.
2) Daarnaast dienen de ouders de aanvraag voor het gezamenlijk gezag samen in te dienen. Een verzoek door één ouder is dus niet mogelijk.
Een moeder kan alleen het (gezamenlijk) gezag aanvragen als zij meerderjarig of meerderjarig is verklaard. De ouder die het gezag wil aanvragen kan alleen met het gezamenlijk gezag worden bekleed als hij of zij de juridisch ouder van het kind is. Dit is meestal de biologische ouder, maar dat hoeft niet. Zo kan een niet-biologische vader het kind van zijn partner erkennen. Daardoor wordt hij de juridisch ouder van het kind.
Als het gezamenlijk gezag op een bepaald moment is beëindigd, kan het gezamenlijk gezag niet opnieuw worden aangevraagd. Een of beide ouders kunnen in dat geval alleen via een procedure via de rechtbank een wijziging in het gezag bewerkstelligen.
Een ouder kan alleen met het gezag worden bekleed als hij of zij handelingsbekwaam is. Dat betekent onder meer dat hij of zij niet onder curatele mag staan.
Zoals gezegd kunnen alleen de juridische ouders van het kind het gezamenlijk gezag aanvragen. De biologische moeder is vrijwel altijd van rechtswege de juridisch ouder. Maar ook de vrouwelijke partner die het kind heeft erkend of geadopteerd wordt als de juridische ouder aangemerkt. De vader wordt van rechtswege de juridisch ouder van het kind als het kind geboren wordt binnen het huwelijk of geregistreerd partnerschap met de moeder. Als er geen huwelijk of geregistreerd partnerschap is of als de ouders enkel een samenlevingscontract hebben, zal de vader eerst het kind moeten erkennen.
In dit laatste geval geldt: als er al twee juridisch ouders zijn (bijvoorbeeld de biologische moeder en de vader die het kind erkend heeft) dan kan de biologische vader enkel het gezag aanvragen als zijn vaderschap gerechtelijk is vastgesteld.
3) Ouders die voldoen aan de voorwaarden kunnen het gezamenlijk gezag aanvragen via de rechtbank. Dit kan schriftelijk of digitaal. Voor de aanvraag is geen advocaat benodigd. Dit is enkel anders als de ouders een verzoek indienen om het gezamenlijk gezag te wijzigen.
4) Als de rechtbank positief beslist op het verzoek om gezamenlijk gezag, ontvangen de ouders binnen twee weken een uittreksel uit het gezagsregister. Vanaf dat moment oefenen de ouders gezamenlijk het ouderlijk gezag uit.
Wat is de relatie tussen ouderlijk gezag en het ouderschapsplan?
Ouders met gezamenlijk gezag die een samenlevingscontract hebben, zijn verplicht bij het einde van de relatie een ouderschapsplan op te stellen. Als er geen sprake is van gezamenlijk gezag, is dit dus niet verplicht. Een uitzondering hierop is als er sprake is van een huwelijk of geregistreerd partnerschap. Normaliter krijgen echtgenoten of geregistreerd partners van rechtswege het gezamenlijk gezag, maar het is bijvoorbeeld mogelijk dat ouders pas trouwen of een geregistreerd partnerschap aangaan na de geboorte van het kind. De vader verkrijgt in dat geval pas het ouderlijk gezag als hij het kind eerst heeft erkend.
Wat dient er in een ouderschapsplan te staan?
Ouders kunnen in principe alle afspraken maken die zij willen. De wet bevat geen limitatief opzicht. Wel moeten de ouders in het ouderschapsplan in elk geval afspraken maken over:
- De wijze waarop de ouders de zorg- en opvoedingstaken over het kind zullen verdelen; of
- Het recht en de verplichting van ouders tot omgang met het kind;
- De wijze waarop de ouders elkaar informatie geven over (belangrijke) aangelegenheden betreffende het kind;
- De kosten van de verzorging en opvoeding van het kind.
Wat houden de zorg- en opvoedingstaken van het kind in?
De wet geeft geen specifieke definitie wat valt onder de zorg- en opvoedingstaken. In art. 1:247 BW staat slechts een algemene omschrijving en komt erop neer dat de ouders de plicht hebben om het geestelijk en lichamelijk welzijn van het kind te bevorderen alsmede het bevorderen van de ontwikkeling van zijn persoonlijkheid. De zorg- en opvoedingstaken omvat ook de plicht dat de ouder de ontwikkeling van de banden van het kind met de andere ouder bevordert.
Hoe kan een ouderschapsplan worden gewijzigd?
Ouders kunnen gezamenlijk nieuwe afspraken maken en deze vastleggen in een nieuwe overeenkomst. Een advocaat of mediator kan ouders daarin bijstaan. Komen ouders er onderling niet uit, dan kan de rechter de nieuwe afspraken tussen partijen vaststellen. Dit gebeurt door middel van een beschikking (gerechtelijke uitspraak). De beschikking heeft , wat betekent dat ouders wettelijke mogelijkheden hebben om ervoor te zorgen dat de andere ouder de afspraken nakomt. Ouders hebben deze mogelijkheid niet als zij onderling afspraken maken, wat een nadeel is. Wel is het uiteraard mogelijk dat ouders, als zij eenmaal nieuwe afspraken hebben gemaakt, het nieuwe ouderschapsplan laten beoordelen door de rechtbank. De rechter toetst het ouderschapsplan in dat geval aan de wet. Als de rechter de gemaakte afspraken positief beoordeelt, kan het ouderschapsplan worden opgenomen in een beschikking. In dat geval verkrijgt het ouderschapsplan alsnog executoriale kracht.