Omgangsregeling

Een kind heeft recht op omgang met beide ouders. Dat geldt voor zowel een ouder met gezag, als een ouder dat geen gezag heeft.

Omgangsregeling vader

Gaan ouders uit elkaar? Dan wordt vaak gedacht dat de vader minder sterk staat bij het hebben van omgang. Dat is echter niet zo: de vader heeft recht om het kind te zien en anderzijds heeft het kind ook recht op omgang. Er zijn verschillende mogelijkheden om tot afspraken te komen (o.a. via een ouderschapsplan), maar als dit niet lukt, dan leest u hierna welke mogelijkheden u als ouders heeft.

Onderlinge afspraken omgangsregeling

De eerste stap is om te beoordelen in hoeverre u als ouders zelf afspraken kunt over omgang met de kind(eren). Lukt het u niet om er samen uit te komen? Dat kan. U bent het als ouders bijvoorbeeld niet eens over de frequentie, of u wil (als vader of moeder) dat er in het geheel geen omgang komt, of onder (strikte) voorwaarden. Het is belangrijk dat u probeert om er samen zoveel mogelijk uit te komen. Lukt dit niet, dan kan een advocaat namens een ouder verzoeken dat de rechtbank een omgangsregeling bepaalt.

Omgangsregeling door rechtbank

Maken partijen de gang naar de rechtbank, dan zullen de advocaten altijd nog in onderling overleg met hun cliënten proberen om (alsnog) tot een afspraak te komen. Lukt dat niet, dan kan de rechter op verzoek een omgangsregeling vaststellen. Vrijwel altijd zal de rechtbank om advies vragen van de Raad voor Kinderbescherming. Een omgangsregeling is geen absoluut recht: dat wil zeggen dat het niet per sé gezegd is dat, en zo ja, in welke omvang er omgang komt, maar uitgangspunt is evenwel altijd: ja, tenzij. Als bijvoorbeeld blijkt dat de vader agressief is of er sprake is van drugsgebruik, dan heeft dat uiteraard consequenties voor de mogelijkheden voor omgang. Onze advocaat familierecht bespreekt met u de mogelijkheden.

Omgangsregeling afspreken

Als u de gang naar de rechtbank maakt, is bijstand van een advocaat altijd verplicht. Zoals aangegeven zal de advocaat in eerste instantie trachten om (voorafgaand) de mogelijkheden te onderzoeken om alsnog onderling tot een afspraak te komen. Breng de Raad voor de Kinderbescherming op verzoek van de rechtbank advies uit, dan zal de RvdK in het rapport eventuele knelpunten benoemen (bijv. communicatie tussen de ouders).

Advies Raad voor de Kinderbescherming

De RvdK kan de rechtbank positief, of negatief adviseren t.a.v. het verzoek tot omgang. Vaak sluit de rechtbank zich bij het advies van de RvdK aan, maar dat hoeft niet.  De ouders – en de advocaat – krijgen altijd de mogelijkheid om hun standpunten tijdens de zitting bij de rechtbank naar voren te brengen, waarna de rechtbank een uitspraak zal doen (meestal vier weken later).

Opbouwende regeling

Als de rechtbank een omgangsregeling vaststelt, dan is dat meestal een opbouwende regeling (bijv.: eerst een keer per maand, uiteindelijk op te bouwen naar een keer om het weekend). Hiervoor zijn in de praktijk geen vaste schema’s. Ouders kunnen ook zelf nog tijdens de procedure een opbouwend schema afstemmen (soort ouderschapsplan) en de rechtbank vragen om die op te nemen in de uitspraak. Voordeel is dat ouders dan zelf meer de grip hebben op de onderlinge afspraken.

Hoe verloopt de procedure bij de rechtbank?

Vaak is een verzoek tot omgang geen ‘ja/nee’ kwestie. Dat kan betekenen dat partijen eerst een zitting bijwonen bij de rechtbank om het verzoek tot omgang te bespreken, waarna de rechtbank het verdere vervolg bepaalt.  De rechtbank kan bijvoorbeeld besluiten om niet direct einduitspraak te doen, maar eerst een zogenoemde tussenbeslissing te nemen, waarbij de rechtbank de procedure aanhoudt in afwachting van een advies van de Raad voor de Kinderbescherming. Daarna kan het zijn dat er een nieuwe zittingsdatum bepaald wordt, waarbij o.a. het raadsadvies zal worden besproken.

Onderlinge verstandhouding ouders

In de praktijk komt het ook vaak voor dat de verstandhouding tussen de ouders minder goed is. Dat kan uiteraard een effect hebben op de omgangsregeling en ook dat aspect kan dan door de rechtbank onder de aandacht worden gebracht. De rechtbank zal i.v.m. de verzoekende partij in eerste instantie proberen te kijken waar de mogelijkheden voor een omgang liggen, waarbij de belangen van beide ouders en het kind worden meegewogen. Het is overigens belangrijk om te weten dat  zowel een biologische als een niet-biologische ouder (bijv. een stiefvader) een omgangsregeling kan aanvragen.

Tijdsverloop

Zoals hiervoor blijkt, kan een rechtbankprocedure enige tijd in beslag nemen. Ook om die reden is het prettig als ouders zoveel als mogelijk zelf afspraken kunnen maken m.b.t. de omgang. Lukt dit niet en wil een ouder (meestal: de vader) zo snel mogelijk de kinderen wil zien, dan kan hij via een advocaat een zogenoemd verzoek voorlopige voorziening indienen. Dit is een soort spoedprocedure, vergelijkbaar met een kort geding in het civiele recht. De rechtbank neemt dan een voorlopige beslissing. Deze regeling is dan van kracht tót de definitieve beslissing op het verzoek omgangsregeling. Óf de rechtbank in een voorlopige voorziening een voorlopige omgangsregeling kan vaststellen, hangt van veel factoren af. Bij de spoedprocedure kan de RvdK (nog) geen onderzoek doen, dat komt dan in beginsel pas later aan de orde.

Effectuering omgangsregeling

Stelt de rechtbank op verzoek een (opbouwende) omgangsregeling vast, al dan niet in overeenstemming met de ouders? Dan zal de omvang hiervan afhangen van een aantal factoren. Het kan verschillen van 2 uur per maand, tot 2 uur per twee weken, dan wel om de week een weekend. Er bestaat in de praktijk in feite geen minimale omgangsregeling. Zoals aangegeven kunnen de ouders tijdens de procedure veel afstemmen, waarbij het bijvoorbeeld mogelijk is om tijdens de procedure onderling een (opbouwend) schema vast te stellen. Partijen kunnen dan aan de rechtbank vragen om dat schema op te nemen in de uitspraak, zodat beide partijen zich daar aan moeten houden. Aldus hebben de ouders een grote invloed op de omvang van hun geschil.

Omgangsregeling in de praktijk

Heeft u als ouders (onderling of via de rechtbank) eenmaal een omgangsregeling vastgesteld, dan komt het helaas vaak voor dat een van de beide ouders de omgangsregeling niet (geheel) nakomt. Dat is uiteraard wel de bedoeling. In het voordeel van de vader: werkt de moeder niet mee aan een bestaande omgangsregeling, dan biedt de wet biedt in dergelijke gevallen de mogelijkheid om deze af te dwingen. Zo kan de ouder (in beginsel: vaak de moeder) verplicht worden om de omgangsregeling na te komen op straffe van een dwangsom. In het geval de ouder de omgangsregeling niet nakomt worden de dwangsommen verbeurd en kunnen deze worden ingevorderd. Ouders kunnen uiteraard er ook altijd voor kiezen dat zij onderling de omgangsregeling (later) aanpassen.

Advocaat omgangsregeling

Uiteraard staan de belangen van een kind bij omgang voorop. De specialisten van Advocatenkantoor Appelman hebben jarenlange ervaring met omgangskwesties en staan ouders zowel binnen, als buiten rechte bij. Onze specialisten kunnen u als ouder adviseren over de mogelijkheden om te verzoeken om omgang, dan wel om zich tegen een verzoek tot omgang te verweren. Onze advocaat familierecht is u hierbij van dienst. Neem voor een gratis kennismakingsgesprek van een half uur contact op via 072 – 512 3229, via het contactformulier of via [email protected]. Ook de mogelijkheden voor pro-deo zullen met u worden besproken.

mr. P.P.J.L (Peter) Appelman

Geboren in 1956 en vader van drie zonen. Oprichter van het kantoor en sinds 1985 advocaat te Alkmaar.

Mijn aandachtsgebieden als advocaat zijn arbeidsrecht, sociaal zekerheidsrecht en personen- en familierecht.

Mijn hobby is atletiek. Momenteel ben ik actief als looptrainer bij atletiekvereniging Trias in Heiloo. Ik loop jaarlijks nog de kwart marathon van Egmond. In mijn jongere jaren was ik een begenadigd middenafstandsloper met o.a. een Nederlands kampioenschap.

mr. J. (Johan) de Haan

Geboren in 1961, getrouwd en vader van drie kinderen. Advocaat te Alkmaar sinds 1994.

Ik voer een algemene praktijk met een nadruk op huurrecht, arbeidsrecht en incassozaken. Zowel voor particulieren en MKB. Ik hecht een groot belang aan een persoonlijke service (uw zaak is niet slechts een dossiernummer) en snel en doortastend handelen met een gedegen kennis van zaken.

In mijn vrije tijd sport ik graag. Met name roeien en skeeleren met de kinderen.

mr. F.R. (Franky) Menso

Geboren in 1965, samenwonend en vader van twee kinderen. Advocaat te Alkmaar sinds 1992.

Ik voer een algemene praktijk met een nadruk op personen- en familierecht, strafrecht, psychiatrisch patiëntenrecht (BOPZ) en arbeidsrecht. Zowel voor particulieren en MKB. Het gaat mij niet alleen om het dossier maar ook om de mens erachter.

In mijn vrije tijd doe ik aan hardlopen en muziek. Daarnaast ben ik een groot liefhebber van klassieke auto’s en films van voor 1980.